19 dagen in de magische Himalaya’s, een combinatie van 4 aaneensluitende treks, bergop, bergaf tot een hoogte van 4850m. Zon, regen, hagel, nevel en sneeuw. Ver weg van wifi en telefoon. Vermoeiend, op het pijnlijke af, maar oh zo de moeite. De start kon beter. Eerst was er een afgrijselijke busrit van 7u nodig om tot aan onze beginpunt te geraken. Met 8 op een kapotte achterbank, over een hobbelige weg (understatement), langs diepe ravijnen en een macho-chauffeur die het nodig vond om elke 30 seconden naar de twee vrouwelijke toeristen te knipogen die zich achter hem bevonden. De afgrijselijk luide Nepalese rapmuziek maakte het niet bepaald interessanter. En toen we compleet geradbraakt van de bus stapten, sprak iedereen over ‘de dodelijkste dag op de Mount Everest’. Blijkbaar waren 16 sherpa-gidsen om het leven gekomen door een lawine en dreigden de andere sherpa’s om het trekseizoen te beëindigen. Een vrolijke start is anders… Op onze vorige trek (Valley Rim Trek) hadden we geleerd dat een porter (drager) geen overbodige luxe is voor een dergelijk lange trek (An haar rug is daar nog steeds dankbaar voor). “Dragers” zijn big business in Nepal en voor heel wat Nepali is het de enige bron van inkomsten. Onze porter voor de komende drie weken heette Prakash, een jonge student Sociologie. In het begin was het wat aftasten (we hadden nog nooit een drager gehuurd), maar al snel bleek hij – alleen al omdat hij Nepalees sprak – een meerwaarde. Vier verschillende trekkings hebben we gecombineerd. De eerste was de Tamang Heritage Trail, een vrij recente trek die ons zou doen proeven van het echte (en harde) leven van het Tamang-bergvolk. Vrij beperkt in hoogte (hier betekent dat maximaal 3700m), maar met al de bergops en bergafs die maar bleven...